De proclamatie…. de 11 geboden van Prins Stefan I. Hij wil dat iedereen deze door hem opgelegde regels naleeft deze carnaval zolang hij de scepter zwaait over het Peelstrekelrijk. Het is een mooie lijst maar we hebben deze eens even goed nagelezen en plaatsen hier en daar toch een enkele opmerking.
Ten eerste: Dat ik, samen met Prinses Kitty en Pip, gruwelijk trots ben om de 54e Prins der Peelstrekels Twan en zijn Prinses Fan op te mogen volgen.
Tja, da’s wel slim van ‘m… dekt ie zich alvast wat in… die van den Heuvel deed het eigenlijk niet eens zo heel slecht.. dus heeft ie natuurlijk gedacht dat ie maar beter een beetje aan de veilige kant kon gaan zitten… Als ie het dan gruwelijk verklooit heeft ie tenminste een excuus… zo van…ik had dan ook wel een apart goeie prins voor me…
Pip komt er in deze eerste regels wel wat bekaaid vanaf… PRINS Stefan… PRINSES Kitty… en pip… Had dat kind toch ook wat gegund…
Ja, wij beginnen altijd mild…
Ten tweede: Dat het ’n verrekkes bijzondere eer is om als 55e Prins Carnaval het Rijk der Peelstrekels te mogen aanvoeren tijdens het jubileumjaar.
Yeah right… Een eer? Zou hij dat nou echt denken? Het bestuur van de Peelstrekels heeft stad en land afgesjouwd om een sukkelaar te vinden die dit kruis wilde dragen… gesmeekt hebben ze, op de knieën gelegen, we hebben zelfs gehoord dat ze ten einde raad de adjudant als sexslaaf hebben aangeboden aan een potentiële prins… maar die zag daar zo’n beetje kokhalzend vanaf … Wij hebben het eens nagegeaan, maar we kwamen tot de conclusie dat zijne doorluchtige hoogheid prins Stefan… de 32e was die dit jaar gevraagd is…
Trouwens… ik wil hier niet roddelen en zo… maar ’t is een beetje een publiek geheim dat de Peelstrekels bij Stefan eigenlijk tweede keus zijn… want… Wat wil nou het geval…Hij heeft jaren geleden al in het vriendenboekje van Pip opgebiecht dat hij eigenlijk hééél graag… prins van de Rozenmondeg wilde worden… een verrekes bijzondere eer dus…
volgende!
Ten derde: Dat wij er samen een onvergetelijk feest van maken van ’s merregens vruug tot ’s avonds laat in alle kroegen en op straat.
Onvergetelijk zal het wel worden ja, als ie ’s morgens heel vroeg en ’s avonds heel laat op straat herrie ligt te schoppen… Zie de ge’t vur oew?Alle kroegen dicht en wie loopt dan er midden in de nacht nog op straat te feesten en kabaal te maken en de hele buurt wakker te houden?… jawel… Prins Stefan den onvergetelijke!
laat maar komen!
Ten vierde: Dat we tijdens het Carnaval niet alleen aan ons zelf denken, maar ook de bejaarden en de zieken een mooi feest schenken.
Sinterklaasrijmelarij van het allerergste soort… rechtstreeks uit het handboek “proclamatie schrijven voor dummy’s”: Sint Stefan heeft zitten denken… wat hij de bejaarden zal schenken…
Bovendien: wat ga je die mensen toch lastig vallen… die mensen zijn oud en ziek en daar hebben ze het druk zat mee… die zitten echt niet te wachten op een gebraden haan die daar de jolige schenkert uit komt hangen… Laat die mensen toch met rust!…
Toe maar, want het kan nog erger!
Ten vijfde: Dat het Jubileumjaar iedereen inspireert om er een bijzondere en kleurrijke optocht van te maken met prachtige wagens en opvallende deelnemers!
Het alleronderste uit de kan wil ie… prachtige wagens… En waar moeten we die zomaar ineens vanaf toveren dan? Makkelijk lullen in zo’n proclamatie: eej, trek nog ’s een blik schon wagens open…
En dan ook nog kleurrijk! Wat bij ons al eeuwenlang rondrijd in de optocht varieert van afgedraaideoliebruin via kozijnenvandebuurmangrijs naar laatsterestjetuinbeitsgroen… En dat zijn mooie neutrale natuurtinten, meneertje de kleurrijke prins! Da’s gewoon traditie!
Maar ja, gij wilt dat natuurlijk weer knallend en schreeuwend en pijnaandeogen en zo…Doe toch ‘s een beetje normaal man!
’t Moet nie veul gekker worre mer verruit mer!
Ten zesde: Dat in de kroegen alle dagen de kraan vol open gaat, ’n kolk in de biertank draait en ‘t wasem op de ramen staat.
Eej Stefan…Het feit dat je van Liessel bent wil toch niet per defenitie zeggen dat je ook echt vanonder een kei gekropen komt of wel?
Waar zit jouw verstand? Heb je eigenlijk wel enig idee wat er gebeurt als je een tapkraan zomaar opendraait? Juist ja… een kolk in de tank… en bij een cafe met een beetje voorraad staat het bier binnen een uurtje of wat ongeveer kniehoog… komt die wasem op de ramen ook vanzelf ja… Je moet die hardwerkende horecajongens niet op verkeerde gedachten brengen… die hebben het al moeilijk zat zonder jouw rare ideeen…
Roept u maar…
Ten zevende: Dat ik ontelbaar vele malen met jullie het glas mag heffen om onze kelen te smeren en d’n dorst te lessen.
Kijk… nou komt de aap uit de mouw… eigenlijk wil ie gewoon zuipen met jan en alleman! En dan zal ’t ook nog wel niks mogen kosten… Niks verheven prinselijke idealen, gewoon pimpelen, kraag volgooien, aftanken, slempen, hijsen, pintelieren, zwelgen, buizen, noem maar op!
Enne… keel smeren… als je niet zoveel ouwehoert hoef je ook niet te smeren…
Wa hewwe nog meer…
Ten achtste: Dat ik alle boerenblaaskappellen en artiesten aan Peelstrekelala, Klotgemul, Gala en natuurlijk Kommer & Kwijl verzoek het hoogste en mooiste lied te spelen!
Het hoogste lied… Ook weer zoiets… meneer kan zelf voor geen meter muziek maken, hij kan geen walnoot van een muzieknoot onderscheiden en hij blaast zelfs vals op een scheidsrechterfluitje… Maar hij denkt anderen wel te moeten vertellen dat ze niet hoog zat spelen…
En ’t moet niet zomaar een beetje hoger… nee het moet meteen het hoogste! Flierefluiter…
Toe maar… we zijn er bijna…
Ten negende: Dat de PR|Cie & Nötjes deze Carnaval zich van hun allermooiste en creatiefste kant laten zien en we d’r elke dag ten minste inne stoandebins vatten.
Misselijkmakend gewoon! Ge moet ‘m eens zien op onze PrCie-vergaderingen: beetje lui achteroverhangen en met z’n telefoon zitten spelen… Nieuwe ideeen of activiteiten vind ie zomaar lala… “hoop moeite om niks en zo, ’t is zo toch ook goed, wat zou je je toch moe maken…”
En nu ineens moeten de PrCie en de Notjes ineens in de burries, meneer loopt een beetje de chocoprins uit te hangen en is zelf in geen velden of wegen te bekennen maar denkt ons toch maar aan het werk te moeten zetten…
pffff…
Ten tiende: Dat als er na afloop ergens lekker wordt gegeten, de Prins en Prinses niet worden vergeten
Let vooral even op de nuances : “ergens” en “lekker”. Een goed verstaander heeft dan maar een half woord nodig… je moet gewoon een beetje tussen de regels doorlezen… want wat staat hier eigenlijk als je goed leest?
Eigenlijk staat hier: “Wij willen na ieder avond graag getrakteerd worden op een kopieuze warme hap! Onze voorkeur gaat uit naar iets bijzonders; fricandellen, frites en gebakken eitjes vinden we wat magertjes. Enne… “ergens”… Het kan niet bij ons thuis want behalve dat we al die bras en d’n trubbel niet in onze hut willen, hebben we er ook geen zin in ’s morgens andermans zooi op te moeten ruimen. Bovendien; mochten wij zelf enigszins onpasselijk worden van teveel zuipen en/of vreten kotsen we liever andermans toilet onder dan dat van onszelf…
Tadaa… komt u maar…
Tot slot: Dat ik dit alles zal doen onder het volgende motto;
D’n truc vur Tour de Carnaval; mi ’n schonne aanhang is ons reundje altijd bal!
Nondeju wa’n motto! Lijsselse humor? Ons reundje altijd bal?
Ons reundje? Welk reundje? Zijn reundje? Heeft ie het hier over zijn kringspier of zo? Of is het gewoon verkeerd gedrukt en staat er eigenlijk heundje? Ze hebben niet eens een heundje… Pip wil wel een heundje mer krie gin heundje… maar goed…Heundje altijd bal? Hoezo bal?
Bal gehakt? Bal-pen? Bal-dadig? Bal-kenbrij?
Wij snappen er werkelijk geen bal van… maar het lijkt wel te rijmen…
En dat is misschien net zat… wij vinden tenminste van wel…